Polopos, het Spaanse dorp!

Polopos, het Spaanse dorp!

Vijf Nederlandse koppels zouden een Andalusisch dorpje van de ondergang redden: dat was het idee achter de succesvolle serie “Het Spaanse dorp”.

De Volkskrant ging kijken hoe het Polopos sindsdien is vergaan.

 

De winnaar van Het Spaanse dorp staat ons op te wachten op het pleintje van het – nee, háár – Spaanse dorp.

‘Welkom in Polopos!’, roept Thysa Zevenbergen (36), met hetzelfde aanstekelijke enthousiasme als waarmee ze in de tv-serie met een moker door muren sloeg, en zo honderdduizenden kijkers liet dromen van een eigen buitenlands avontuur.

 

Zevenbergen gaat voor, haar rossige haar als toorts in het felle daglicht. Eerst langs de witte kerk, gebouwd op het fundament van de moskee die er in het Moorse verleden stond. Dan omlaag en weer omhoog, door een smalle straat die op andere tijden de hoefstappen van muildieren en het getik van wandelstokken doet echoën.

In Polopos werden de Nederlanders met open armen ontvangen. Dit fotogenieke bergdorp, een uur ten zuiden van Granada en een kwartier (en een steile slingerweg) verwijderd van de Costa Tropical, telde in 2019 nog maar zestig vaste bewoners. De meesten van hen hadden de pensioengerechtigde leeftijd ruimschoots bereikt. Dat Polopos volgens burgemeester Matías González Braos ooit een bruisend dorp van zo’n twaalfhonderd inwoners was geweest, zou geen toerist hebben geloofd. Niet één winkel was er nog.

Polopos onderging een lot dat ook talloze andere dorpen in Spanje treft. Op zoek naar werk trokken jongeren de afgelopen decennia massaal van het platteland naar Madrid, kuststeden of het buitenland. Hun ouders bleven achter in verouderde huizen en zagen hun dorpskroegen en kruideniers in rap tempo verdwijnen. Geboorten zijn er nauwelijks, begrafenissen zat. Zo’n drieduizend dorpen zijn nu al volledig verlaten; duizenden anderen komen met ieder nieuw jaar dichter bij de afgrond.

Dat wil zeggen: tot er ineens een productiebedrijf uit Holanda aan de lijn hing. Blue Circle, de producent achter RTL-programma Het Spaanse dorp, kwam bij Polopos uit door een Nederlands stel dat net buiten het dorp woont en in de televisiewereld werkzaam is. Het bedrijf kocht er vijf huizen op en schonk die aan de deelnemende koppels en gezinnen, die daarvoor een klein bedrag aan schenkbelasting moesten betalen.

Spaarpot en creditcard leeg

In de slotaflevering wachtte Zevenbergen en Boon de pot met goud. In een stemming verkozen de dorpsbewoners hen tot ereburgers van Polopos en winnaars van de hoofdprijs van 20 duizend euro.

‘Dat was het mooiste, dat je voelde dat ze echt achter je project stonden’, zegt Boon (46). Anderhalf uur later dan gepland is ook hij aangeschoven onder de met zorg gerenoveerde houten plafondbalken. Het kale hoofd en de kunstige snor met gedraaide punten zijn die waarmee de RTL-kijker hem leerde kennen.

Zes maanden lang werkten ze keihard door aan de verbouwing. Ze keerden hun spaarpot om en trokken de creditcard leeg. Begin februari 2020 waren ze eindelijk klaar met de twee kamers op de bovenverdieping voor de verhuur. Karaktervolle kamers waren het geworden, aan weerszijden van een patio waar je ’s ochtends alleen het gefluit van vogels hoort.

‘Twee weken lang zaten we vol’, zegt Zevenbergen. ‘En toen ging in maart alles dicht.’

Het was botte pech. Mala suerte, letterlijk een slecht lot, zouden de Spanjaarden zeggen. Precies op het moment dat de deelnemers hun verbouwingen hadden afgerond en Polopos zijn plotse populariteit in klinkende munt hoopte om te zetten, brak de coronacrisis uit. Niks geen prachtig zomerseizoen. Een gesloten luchtruim en teruggekeerde grenscontroles, dát zou de nabije toekomst van het Europese toerisme zijn.

Zevenbergen en Boon hielden het hoofd ternauwernood boven water door geld te lenen van vrienden en familie, en door zich te storten op werk dat ze in hun eigen woonkamer konden doen. Zij maakte papiersnijkunst en drie kinderboeken, hij wijdde zich aan een kookboek. Samen bleven ze in Polopos.

Geen weekmarkt, geen wakeboards

Anders verging het de andere deelnemers. Zij hadden de hoofdprijs dan wel niet gewonnen, maar spraken op de slotdag wel allemaal de intentie uit om te blijven. Toch zijn de vier overige koppels en gezinnen dit weekend nergens te bekennen.

‘We zullen nooit weten hoe het zonder de pandemie was gelopen.’ Burgemeester González Braos (59) zal het een keer of vijf verzuchten tijdens een ronde door het dorp, die door alle praatstops ruim 2,5 uur duurt en op het terras van de kleine dorpskroeg eindigt met bier en croquetas.

‘Burgemeester Matías’, een lijvige, charmante man, groeide in de loop van de serie uit tot cultfiguur. Overal liet hij zich voor strikken. Van meedoen met het (zéér recreatieve) voetbalteam dat de Nederlanders hadden opgezet tot een motortocht door de bergen met de Limburgse John, die de burgemeester zijn bochtjes wel heel voorzichtig zag nemen.

‘Ze zeggen weleens’, zegt hij aan het begin van de ronde tevreden, ‘dat ik in Nederland bekender ben dan de burgemeester van Madrid.’ Klimmend door de stille straten van zijn dorp, toch weer steiler dan hij ze herinnerde, verandert het lachen al snel in hijgen. ‘Ik denk dat ik subsidie ga aanvragen voor roltrappen.’

Een voor een komen de bekende RTL-casas in zicht, maar niet de Nederlanders die er zouden moeten wonen. Voor sommigen van hen geldt dat het coronavirus hun plannen heeft verziekt. Anderen kwamen tot het inzicht dat het rustige leventje in Polopos toch niet bij ze paste.

En dus zijn er geen sportvakanties van de jonge Mark en Donna, die Casa 5 hebben verkocht. Geen luxeverblijf met jacuzzi en coachingsessies van Kirsten en Christiaan, die een koper zoeken voor Casa 1. En ook geen motortoertochten van John en Juani, die Casa 4 voor 101 duizend euro hebben weten te slijten.

Alleen de vierkoppige familie Rutten, die in de serie voortdurend bonje had met de andere Nederlanders, heeft Casa 2 aangehouden en is dat ook in de toekomst van plan. Omdat ze het grootste deel van het jaar in Nederland doorbrengen, is het de Ruttens tot nu toe niet gelukt hun ambitieuze plannen waar te maken.

Er is geen wekelijkse markt, geen camperplaats, en ook een gehoopte wakeboardbaan aan de kust is er niet gekomen. El Rinconcillo, hun buurtwinkel zonder vergunning, is gesloten. De letters die boven de entree in het Spaans ‘Het hoekje’ spelden, zijn door de zon onleesbaar gemaakt. Voor de deur liggen zwerfkatten.

Wachten op dorpskapper

Eén team dat permanent is gebleven. Betekent dat dat Het Spaanse dorp is mislukt? Je zou zeggen van wel. Tenminste, als het succes van het programma geen twééde golf Nederlanders naar Polopos had gevoerd, voornamelijk gevormd door kijkers die het dorp na de serie maar niet uit hun hoofd konden zetten. Door hen is Polopos alsnog gegroeid met twintig tot dertig min of meer vaste dorpsbewoners, schatten Boon en de burgemeester.

 

Jiskefet-achtige’ taferelen

Dankzij de nieuwe lichting staat Polopos er alsnog beter voor dan vóór het RTL-circus er neerstreek, zeggen de oude dorpsbewoners en hun burgemeester. Ondanks de gemiste kansen door de coronacrisis oordelen zij dat de deelname de moeite waard is geweest. Dat beamen ook Zevenbergen en Boon, al was een ‘Nederlands’ Polopos niet hun droom toen ze zich opgaven om te verhuizen naar een Andalusisch dorpje.

Zij houden vast aan hun idee van een werkdorp voor kunstenaars. In december 2022 organiseerden ze een nieuwe kunstroute, die ondanks hondenweer zo’n tweehonderd bezoekers trok. Ook hebben ze een tweede woonruimte gehuurd en die ingericht als kunstenaarsverblijf. Wie daar wil verblijven, betaalt 250 euro per maand óf maakt kunst voor het dorp.

Het leverde Polopos tot nu toe een kleurrijke muurschildering op en een tijdelijke expositie van lokaal geschoten foto’s. En er zijn anderen die initiatief nemen: binnenkort willen nog weer nieuwe Nederlanders een juwelierswinkel en een keramiekzaak openen.

De veranderingen hebben van het dorp een boezem met twee harten gemaakt; het een klopt traditioneel Spaans, het ander buitenlands en moderner. Het levert soms ‘Jiskefet-achtige’ taferelen op, ziet Boon. Toen de dorpelingen werden uitgenodigd voor de foto-expositie, met ook portretten van henzelf, begreep niet iedereen het concept. ‘Eén iemand zei: joh, als je foto’s van me wilt zien, kom dan gewoon bij mij thuis. Daar hangen er een heleboel aan de muur.’

Niet iedereen is fan van een slingerwegen en  bergtoppen, maar soms ontvangen we gasten voor wie die weg juist de reden is van het bezoek.

Share on facebook
Facebook
Share on twitter
Twitter
Share on whatsapp
WhatsApp
Share on email
Email
Share on pinterest
Pinterest

TravelMoto
motorreis en verhuur specialist

Book your tour

Eigen GPS tour